Positief ouderschap aanmoedigen bij voogden van gevluchte kinderen

Caritas International België Positief ouderschap aanmoedigen bij voogden van gevluchte kinderen

“ We moeten allemaal samen vechten tegen gendergebonden geweld.”, Cito (18 ans) - © Caritas International

“ We moeten allemaal samen vechten tegen gendergebonden geweld.”, Cito (18 ans) - © Caritas International

20/06/2024

Heel wat Congolezen en Zuid-Soedanezen komen als vluchteling terecht in Oeganda. Er zijn ook veel niet-begeleide minderjarigen onder deze vluchtelingen. Ze verblijven in ‘opvangdorpen’, kampen die drukbevolkt zijn, met bewoners van diverse nationaliteiten. In die uitdagende context wil Caritas International (België) de rechten van het kind beter beschermen en werkt het samen met ‘caregivers’, zeg maar voogden die gevluchte kinderen willen begeleiden in een geest van positief ouderschap1. War Child Alliance traint de voogden zodat ze hun ouderrol beter kunnen vervullen.

Cathrine Meda vertegenwoordigt Caritas International (België) in Oeganda en Oost-Afrika. “Caritas wil in Oeganda de nodige aandacht geven aan niet-begeleide minderjarigen op de vlucht”, legt ze uit. “Vandaar ook het belang van de voogden die deze kinderen en jongeren begeleiden. De voogden worden in de ‘settlements’ zelf gevonden en worden geselecteerd door het Hoog Commissariaat voor de Vluchtelingen van de Verenigde Naties (UNHCR). Kwetsbare kinderen hebben mensen nodig die op een positieve manier de ouderrol vervullen en erop toezien dat de elementaire noden van het kind worden bevredigd. Wij willen vooral dat deze kinderen in een warme, stimulerende omgeving kunnen opgroeien.”

Goede gezondheid, onderwijs, een thuis

De gevluchte kinderen hebben uiteenlopende noden. “Het Wereldvoedselprogramma (WFP) geeft voedselrantsoenen die ontoereikend zijn, aan meer eten geraken is dus een topprioriteit. De vluchtelingen arriveren in Oeganda zonder kleren, keukengerief, dekens of materiaal om een shelter te bouwen. De kinderen zijn getraumatiseerd en hebben nood aan een degelijke psychologische ondersteuning. Ze hebben recht op een goede gezondheid, onderwijs, een thuis.”

In de settlements of vluchtelingenkampen in Oeganda bestaan kinderbeschermingscomités die moeten toezien op de naleving van de rechten van het kind. Deze comités moeten extra worden ondersteund om ze perfect te laten werken. “Als de vrijwilligers uit die comités zelf genoeg te eten hebben, zijn ze beter in staat om hun functie te vervullen”, stelt Cathrine. “Wie honger lijdt, heeft andere prioriteiten. Wanneer eten een probleem is, krijg je ook meer criminaliteit in een kamp: jongens die stelen of drugs nemen, meisjes die zich prostitueren.”

Oeganda Caritas Kinderen Pro Huma

© Caritas International

Wij willen vooral dat deze kinderen in een warme, stimulerende omgeving kunnen opgroeien.

Cathrine Meda, Caritas International

“Het volstaat niet om aan een voogd wat geld te geven in ruil voor de zorg voor een kind”, onderstreept Cathrine. “De voogd moet zich bewust zijn van zijn verantwoordelijkheid en moet de vaardigheden hebben of ontwikkelen om het kind goed te ondersteunen. De War Child Alliance bleek een geschikte partner om de voogden op dit vlak te trainen. In totaal willen we 330 voogden bijscholen, gespreid over 24 maanden. Als dit project goed verloopt, zullen we de samenwerking met de War Child Alliance waarschijnlijk herhalen in andere landen.”

“War Child Alliance helpt kinderen om ingrijpende ervaringen te verwerken, zelfvertrouwen op te bouwen en weer contact te leggen met andere mensen. Caritas International koos voor samenwerking met War Child Alliance omdat deze organisatie over de nodig expertise beschikt en omdat er ook al in het verleden positief mee werd samengewerkt. Maureen Akiteng is ‘project officer’ bij War Child Alliance dat zich inzet voor kinderen in oorlogssituaties. War Child Alliance is goed geplaatst om opleiding te geven aan de voogden die zich ontfermen over niet-begeleide minderjarigen die vanuit de DR Congo of Zuid-Soedan zijn gevlucht naar Oeganda.

Relaxatietechnieken

“De voogden, die de gevluchte minderjarigen begeleiden, zitten zelf met stress en frustraties”, legt Maureen uit. “Soms hebben ze zelf niet genoeg te eten of zijn er onderlinge strubbelingen. Ik leer hen hoe ze beter kunnen omgaan met die stress en hoe ze relaxatietechnieken kunnen toepassen. Die kennis is ook nuttig voor het welzijn van de kinderen die worden begeleid.”

Volgens de experte van War Child Alliance is het belangrijk dat minderjarige vluchtelingen zich beter in hun vel kunnen voelen en normaal kunnen functioneren. “De voogd moet leren wat positief ouderschap is. Als je kinderen aanmoedigt en complimentjes geeft en vermijdt dat frustraties escaleren, is dat erg goed voor hun welzijn. De voogd mag zijn eigen stress vooral niet doorgeven aan het kind en moet er quality time mee doorbrengen.”

Traumatische ervaringen

De kinderen en jongeren over wie het gaat, hebben dikwijls traumatische ervaringen meegemaakt. “Meer dan eens moesten ze vluchten voor oorlog of terreur”, zegt Maureen. “Ze zagen mensen sterven of gewond raken. Soms werden ze verwaarloosd door hun eigen ouders en hadden ze geen eten, kleren of onderkomen. Kinderen werden seksueel misbruikt, zelfs in de eigen familie. Ze werden geslagen, mishandeld, gedwongen om verkeerde dingen te doen. Overstromingen of aardbevingen kunnen evenzeer een traumatische impact hebben. Op school worden de kinderen soms gepest, vernederd, beledigd. En er zijn natuurlijk genoeg gevallen van kinderen die werden ontvoerd en ingeschakeld of misbruikt door rebellen.”

Oeganda Caritas Kinderen Pro Huma

© Caritas International

De voogd mag zijn eigen stress vooral niet doorgeven aan het kind en moet er quality time mee doorbrengen.

Maureen Akiteng, War Child Alliance

In bepaalde omstandigheden kan een familielid, bijvoorbeeld een oom of een tante, zich in Oeganda over het gevluchte kind ontfermen. Maar zulke familieleden zijn er lang niet altijd. “De voogd moet een goede band met het kind kunnen opbouwen. Zeker wanneer er geen verwantschap is, verwacht de voogd dat hij ook voordeel zal hebben bij het werk dat hij doet. Wanneer iemand zo’n kind opneemt, is er doorgaans sprake van extra voedsel, kleren of een ander voordeel.”

Ideaal is natuurlijk dat een voogd zijn eigen kinderen en het opgenomen kind gelijk behandelt. De praktijk is soms anders. “Soms wordt zo’n kind prima geïntegreerd in een familie”, weet Maureen. “Het komt ook voor dat het beter wordt behandeld dan de eigen kinderen omdat de voogd bepaalde voordelen vooral wil behouden.”

Gendergebonden geweld voorkomen

Gevluchte jongens op de middelbare school krijgen overigens ook vorming. Caritas vindt het belangrijk dat mannen het andere geslacht beter leren te begrijpen. Je kan daar best vroeg mee beginnen. Op school wordt aan jongens uitgelegd hoe ze beter kunnen omgaan met meisjes, in de hoop dat dit hun houding later in het leven positief zal beïnvloeden. Het is de bedoeling om zo gendergebonden geweld te kunnen voorkomen. De jongens, die de vorming kregen, kunnen in hun eigen omgeving een soort ambassadeur zijn.

Cito Manigabe (18) is een jongen die op school deze vorming kreeg. Samen met zijn moeder, een zus en een broertje vluchtte hij naar Oeganda. De familie, afkomstig uit de Oost-Congolese provincie Noord-Kivu, leeft daar nu al een jaar of drie in een ‘settlement’.

“Hier is er vrede. Ik kan naar school gaan. Niemand jaagt ons op”, vertelt Cito. “Onze familie heeft wel niet veel middelen, geld verdienen is hier moeilijk. Soms heb ik niet genoeg schoolbenodigdheden. De huizen in het kamp zijn povertjes in vergelijking met hoe we woonden in Congo. We moesten ons ook aanpassen aan de andere talen in Oeganda want Swahili is hier niet de voertaal.” De jonge Congolees wil graag voortstuderen om technisch ingenieur te worden. “Daarna wil ik graag een job vinden om mijn familie te kunnen helpen”, klinkt het.

“Jongens moeten meisjes beschermen”

Op school kreeg Cito, samen met zijn klasgenoten, vorming over gendergebonden geweld. “Meisjes en vrouwen maken soms seksueel geweld mee of kunnen niet al hun rechten uitoefenen. Dat is niet eerlijk. Ook zij moeten kunnen leven zonder geweld te ondergaan en zonder discriminatie. Wij jongens moeten de meisjes juist beschermen en helpen.”
Na de vorming ging Cito anders kijken naar meisjes. “Wij jongens willen een rolmodel worden op school, in onze gemeenschap, in Oeganda. We moeten allemaal samen vechten tegen gendergebonden geweld.”

In het kamp waar Cito en zijn familie wonen, ziet de jongen geregeld situaties die de ongelijkheid tussen man en vrouw illustreren. “In families merk je dat de man altijd het laatste woord heeft, maar dat is niet goed. Vrouwen hebben ook interessante ideeën. Zij moeten ook een stem in het kapittel krijgen. Het is verkeerd om het huishouden alleen aan de vrouwen over te laten. Zij kunnen ook gaan werken en zo geld verdienen voor de familie.” En Cito besluit: “Bij velen leeft het idee dat het weggesmeten geld is om meisjes te laten studeren. Maar dat idee is fout. Meisjes kunnen net zo goed studeren en werken. Ze kunnen later zelfs minister worden, zoals je hier in Oeganda ook ziet.”

Voor Caritas International is het belangrijk om ook oog te hebben voor het lot van gevluchte kinderen in België of andere landen die oorlogssituaties meemaakten. Onze inspanningen in Oeganda sluiten perfect aan bij die betrachting.



1

Positief ouderschap is een aanpak die erop gericht is om geweldloze en warme relaties te creëren tussen enerzijds ouders of voogden en anderzijds kinderen. Met zo’n aanpak kunnen kinderen gelukkig en zelfverzekerd opgroeien.

Verwant nieuws

Alle nieuwsberichten