Emmanuel Kanani Hamuli is de directeur van de katholieke lagere school ‘EP Nyamukubi’. “Toen de ramp ons dorp Nyamukubi trof, was ik ter plaatse”, vertelt Emmanuel. “Ik bracht mezelf in veiligheid om te vermijden dat ik zou worden meegesleurd door de modderstroom. In mijn school telden we 30 vermiste kinderen. Deze kinderen zijn overleden, en maar een beperkt aantal is echt begraven.”
“Het is nu gevaarlijk om onze school te gebruiken”, aldus Emmanuel. “Er zitten scheuren in de muren, de kinderen kunnen hier nu niet naar school gaan. Alle drie scholen uit de zone werden beschadigd of verwoest, geen enkele school is open. Hoe moeten de overlevende leerlingen nu hun schooljaar afmaken? Er is ook geen bruikbare weg om die scholen te bereiken die nog wel kunnen draaien. Je zou er met de boot via het meer kunnen naartoe gaan, maar dan moet je betalen. We hebben van alles nodig om de lessen te kunnen hervatten: pennen, boeken, boekentassen, uniformen en andere schoolartikelen. Eigenlijk zouden we nieuwe gebouwen moeten optrekken om de leerlingen op een veilige manier te kunnen ontvangen.”
Eén van de leerkrachten van EP Nyamukubi stierf tijdens de natuurramp. In het dorp Bushushu wordt nu één van de niet verwoeste scholen gebruikt om stoffelijke overschotten te bewaren, tot ze kunnen worden begraven. Meer dan eens zijn slachtoffers in massagraven begraven, tot ontsteltenis van de zwaar getroffen bevolking. Voor de plaatselijke gemeenschap is het ondenkbaar om nog klaslokalen te gebruiken waar stoffelijke overschotten werden bewaard.