“Mensen vragen ons altijd of we zussen zijn!” lacht Maysa, terwijl ze naar haar vriendin Ashdeksen kijkt. Hoewel ze op twee ver uiteenliggende plaatsen op de wereld geboren zijn – Tunesië voor Maysa en Venezuela voor Ashdeksen – zijn ze ondertussen als het ware zusjes voor elkaar geworden. Beiden ontvluchtten gender-gerelateerd geweld in hun thuisland en kwamen ongeveer 1 jaar geleden (Maysa) en 2 jaar geleden (Ashdeksen) alleen in België aan. Zij hebben om internationale bescherming (asiel) verzocht en hopen als vluchteling te worden erkend. In afwachting van het antwoord verblijven zij in het opvangcentrum van Caritas in Ransart (Charleroi).
Jonge moeders
Maysa en Ashdeksen zijn allebei 22 jaar en moeder. ”Onze kinderen zijn bijna even oud: haar zoon is één jaar en drie maanden en mijn dochter is bijna één. Ze spelen nu samen, zoals ze zo vaak doen“, lacht Maysa. “Ja, kijk eens hoe schattig ze zijn“, wijst Ashdeksen op het scherm van haar mobiele telefoon, waarop de twee peuters te zien zijn terwijl ze aan het brabbelen zijn.
Als vanzelfsprekend
“Sinds we elkaar ontmoet hebben, zijn we altijd samen! We ontmoetten elkaar twee weken nadat ik hier was aangekomen, in de kantine“, legt Maysa uit. “Ik spreek Arabisch en Frans en zij spreekt Spaans, dus dat was niet gemakkelijk, maar we raakten aan de praat, met behulp van Google-vertaling“, herinnert zij zich. En ze lacht: “Ik probeer ook een beetje Spaans te leren.”
© Isabel Corthier – Isabel Corthier – Ashdeksen (links) en Maysa (rechts) zoeken regelmatig kleren in de voorraad van het opvangcentrum.
Hoop op een veilige toekomst in België
“Ik kwam hier in mijn eentje. Mijn familie is in Tunesië… Ik heb twee kinderen die daar bij mijn moeder zijn gebleven: zij zijn 4 en 5 jaar oud“, zegt Maysa, plotseling zeer geëmotioneerd. Op dit moment is de toekomst nog onzeker en weet zij niet wanneer zij haar familie weer zal kunnen zien, maar één ding is zeker: zij wil graag in België blijven. “Ik hou van het land, de taal… Ik hoop dat ik hier kan wonen.” Ashdeksen stelt zich ook haar toekomst voor in België, met haar zoon: “Ik voel me hier goed, ik voel me op mijn gemak. Ik hou van dit land, ik wil hier mijn leven opbouwen. De mensen zijn vriendelijk en gastvrij. De opvangcentra zijn heel belangrijk voor me geweest. De mensen die er werken helpen ons in de moeilijkste momenten van ons leven. Ze luisteren naar me, geven om mijn zoon en mij, en respecteren mijn rechten. Ze geven me een veilig en zelfverzekerd gevoel. Alle hulp die ze ons hier geven stelt ons in staat om de persoon te worden die we willen worden, om opnieuw te beginnen. Het is niet makkelijk om ons leven achter te laten, onze familie, onze vrienden…”
Een zelfgekozen familie voor het leven
De twee jonge vrouwen staan er hier alleen voor, maar gelukkig kunnen ze op elkaar rekenen. “Maysa is een hele goede vriendin. Ze begrijpt me, ze luistert naar mijn problemen en ze accepteert me zoals ik ben. Ik kan met haar praten over alles wat me bezighoudt. Als ik deze vriendin hier niet had, zou het veel moeilijker zijn“, zegt Ashdeksen bedachtzaam. En ze voegt er zelfverzekerd aan toe: “Vrienden zijn een ander soort familie. Een familie die je kiest. Ik denk dat we voor altijd vriendinnen zullen blijven. Misschien wonen we later niet meer op dezelfde plek, maar we zullen altijd contact houden… en ik weet dat we er altijd voor elkaar zullen zijn.”
>> Wil je vrijwilliger worden in het opvangcentrum van Ransart of ergens anders ? Contacteer ons!